Uitleg bij de oefening Spurter
- Kopieer de foto van de spurter en plak deze in Flash. Noem de layer "foto".
- Maak een nieuwe laag en noem deze "tekening". Maak erop een tekening van de foto. Maak een symbool van de tekening. Maak een keyframe in 40.
- Sleep het keyframe van de foto naar frame 40 (van de layer foto). Maak een symbool van de foto.
- Maak een nieuwe laag. Noem deze "masker". Teken een (kleine) cirkel en plaats deze linksboven (buiten het canvas). Maak een symbool van de cirkel. Maak een keyframe in 40 en vergroot de cirkel (zodat deze de volledige tekening bedekt). Plaats een Motion Tween tussen de twee keyframes. Maak een masker van deze layer (RM - Mask).

- Maak een keyframe in 45 (of 50) bij de layer "Tekening". Klik op de foto en wijzig de alfawaarde in 0. Plaats een motion tween tussen de twee keyframes.
- Bij "foto" doen we het omgekeerde. Maak een keyframe in 45 (of 50). Klik op de foto in 40 en wijzig de alfawaarde in 0. Plaats een motion tween tussen de twee keyframes. Eventueel kan je nog een F5 doen in 150 of 200 om de foto een poos zichtbaar te laten.